Utrecht - Mariaplaats - prostitutie0000.0011

 

 Literatuur

 

- Hart, P.J. 't, "Het onbespreekbare besproken. Het Utrechtse gemeentebestuur en de prostitutiekwestie, 1850 - 1900". In: Jaarboek Oud-Utrecht, 1993, blz. 147-180. Hierin: blz. 149 ("Op 18 september 1861 behandelde het Utrechtse college van B. en W. een rekwest waarin een aantal bewoners van huizen aan de Mariaplaats de aandacht vestigde op 'eene hoogst ergerlijke zaak.
Tegenover onze woningen namelijk en wel op den hoek van de Mariaplaats en de Alendorpersteeg en tevens op den hoek van [de Mariaplaats] en de Boterstraat zijn twee huizen, waar in tapperijen worden gehouden en tevens toegang wordt verleend aan in de nabijheid wonende zoogenaamde publieke vrouwen [...]'." Volgt een beschrijving van de overlast die deze vrouwen veroorzaken.)
- Opmerking: aan te nemen valt dat het hier betreft: Mariaplaats 54 - gesloopt 1927 en Mariaplaats 55 - gesloopt 1882.
  Het andere hoekpand van de Boterstraat, evenals het logement De Hollandse Tuin daarachter, waren eigendom van het Eloyengasthuis,
  dus minder waarschijnlijk. - Jean Penders - 0122
.